Niet verwacht, laat staan gehoopt, maar de recente wateroverlast maakt de IJsselbiënnale dit jaar actueler dan ooit. Mieke Conijn, directeur van de IJsselbiënnale: “Wij hebben de deelnemend kunstenaars al in 2020 gevraagd om voor deze editie van de IJsselbiënnale na te denken over de verhouding tussen mens en landschap en de impact van klimaatverandering op het landschap en die verhouding. Dat ze – met de voeten en hun kunstwerken in het water – zo letterlijk met de thematiek geconfronteerd zouden worden, hadden we natuurlijk niet verwacht.” Gelukkig zijn de kunstwerken onbeschadigd en is de gehele route weer te bezoeken.

Hattem, 2084 van Edwin Zwakman
Met de zware regenval in Duitsland en Zwitserland en de dramatische situatie in het zuiden van Nederland waren ook stroomafwaarts de gevolgen goed merkbaar. De route van de IJsselbiënnale werd deels onbegaanbaar en met de stijging van het water hield een aantal kunstwerken op lagergelegen gronden het niet droog. Het werk Cassandra’s oog van Esther Kokmeijer werd met man en macht van verwoesting gered en de 36 Melckmaegden van Jeannette Knigge en Jeanette Hoekstra kregen het noodlottig verdrinken, evenals in 1331, nogmaals te verduren.

Cassandra’s Oog van Esther Kokmijer
Hoewel de route van de IJsselbiënnale inmiddels weer volledig toegankelijk is, is het thema niet minder urgent. Voor de IJsselbiënnale werden 27 kunstenaars uit binnen- en buitenland uitgenodigd om nieuw, tijdelijk werk op bijzondere locaties in de IJsselvallei tussen Doesburg en Zwolle te realiseren. Zij lieten zich zonder uitzondering inspireren door de plek en het thema TIJ, TIJD en TIJDELIJKHEID en door vragen als ‘Welk effect heeft klimaatverandering hier op het landschap en zijn bewoners?’, ’Wat kan er gedaan worden om negatieve effecten kleiner te maken of te voorkomen?’, en ‘Wat voor invloed heeft tijd op ons landschap en de uitdagingen waar we voor staan?’ Een aantal kunstenaars zoomt in op een specifieke plek in de IJsselvallei terwijl anderen juist uitzoomen en de blik tot ver over de landsgrenzen richten.

The rich will Survive van Adrien Tirtiaux
Zo vat beeldend kunstenaar en architect Adrien Tirtiaux de humanitaire gevolgen van klimaatverandering samen in een ‘bevolkingspiramide’: de overgrote meerderheid van de wereldbevolking zal hard geraakt worden door klimaatverandering. Die groep wordt in de piramide van Tirtiaux verbeeld door de basis en de goedkope materialen van die basis. De rijken der aarde (de dure materialen in de top van de piramide) zullen letterlijk en figuurlijk het langst hun hoofd boven water weten te houden. Maar wel doordat zij gedragen worden door de lagen onder zich. En wie weet dat Marianne Lammersen met haar werk voor de IJsselbiënnale speelt met het gegeven ‘ruimte voor de rivier’ en de dynamiek en invloed van hoog water op de bebouwde omgeving, proeft niet alleen de toevallige, pijnlijke ironie, maar ook de urgentie van het thema van de IJsselbiënnale 2021. Hetzelfde ongemak bekruipt je als je het werk van Rob Sweere bekijkt. Hij nodigt de bezoeker of beschouwer uit om te reflecteren op de wereld om ons heen en oproept om te koesteren wat zomaar verloren kan gaan.

Worpscape van Rob Sweere
Mieke Conijn: “Esther Didden schreef onlangs in het tijdschrift voor beeldend kunstenaars BK Informatie dat het ‘een mooi maar pijnlijk thema’ is. Het is ook urgent, zo blijkt, en het is van belang dat we met elkaar in gesprek gaan over de toekomst. Beeldend kunstenaars leveren aan dat maatschappelijk debat een relevante bijdrage. Ik hoop dan ook dat mensen op de fiets stappen en op die bijdragen reflecteren.”
Eva Schaap is een ervaren Public Relations Officer en (managing) editor (in chief) met een bewezen geschiedenis van werken in de uitgeverij en de musea en instellingen. Bekwaam in publicatieontwikkeling en -productie, ontwerp, art direction en redactie op verschillende niveaus. Sterke media- en communicatieprofessional afgestudeerd aan de Radboud Universiteit Nijmegen.